Brochure in eigen beheer uitgegeven.

 

Lindeteves-Stokvis, 1-9

[Semarang 1 – van der Linde] 

In de zestiger jaren [van de 19de eeuw] bestond te Semarang de firma J.A. van der Linde, waaruit in het jaar 1875 aldaar door de Heeren J.A. van der Linde en J.C. Teves de firma van der Linde en Teves werd opgericht, welke zich, behalve met den handel in alle soorten van ijzerwaren en benoodigdheden voor fabriek- en landbouwondernemingen, ook bezig hield met den import van koopwaren van algemeenen aard, waarvan er diverse in den loop der jaren kwamen te vervallen.
Van langen duur is het bestaan van de firma in deze samenstelling niet geweest, want reeds in 1880 overleed de Heer van der Linde, waarop in het volgende jaar de overgebleven firmant, de Heer Teves, tezamen met den Heer W.L. Veltman – die bij de bestaande firma werkzaam was – en verder den Heer A. Mirandolle van Doorpaal & Co, welk banklichaam reeds vroeger als financier voor van der Linde & Teves was opgetreden, de firma omzette in een Commanditaire Vennootschap. De beide eerstgenoemde Heeren traden daarbij op als werkende, de Heer Mirandolle als stille vennoot. [...]
Toen nu in 1888, nadat de Heer Teves reeds was uitgetreden, de omzetting in een Naamlooze Vennootschap, genaamd ‘Maatschappij tot voortzetting der zaken Van der Linde & Teves’ plaats vond, bleef het bedrijf in het oorspronkelijke pand aan de Van Hoogendorpstroomstraat te Semarang gevestigd. [...]
Drie inkoopagenten, respectievelijk in Holland, Engeland en Amerika, zorgden inmiddels voor het aanvullen en vergrooten van de voorraden, welke zich gaandeweg uitbreidden en voor het wassende aantal opdrachten, dat de gebruikers in Indië hun door tusschenkomst van de beide Java-kantoren deden toekomen. [...]
Op 1 Januari 1910 werd het geheele Nederlandsch Indische Bedrijf van R.S. Stokvis en Zonen Ltd. te Rotterdam overgenomen en het kapitaal [f 1.500.000.-] met f 1.000.000.- vergroot, terwijl de naam, met het doel aan de afnemers kenbaar te maken, dat de zaken van het overgenomen bedrijf van Lindeteves waren overgegaan, werd gewijzigd in: ‘Nederlandsch Indische Maatschappij tot voortzetting der zaken Van der Linde & Teves en R.S. Stokvis & Zonen Ltd.’ Ter vereenvoudiging verkort tot Lindeteves-Stokvis. [...]
Vestigingen te Djocja en te Tegal hadden reeds eenige jaren tevoren plaats gevonden teneinde het contact met de afnemers in de Vorstenlanden en de suikerdistricten Cheribon, Tegal en Pekalongan te vergemakkelijken, terwijl intusschen ook de ook de ruimte van het stamkantoor te Semarang op den duur te klein bleek te zijn.
Aangezien expansie ter plaatse niet mogelijk bleek, werd elders – op Tawang – een terrein aangekocht, waarop een nieuw kantoorgebouw met magazijnen werd opgetrokken.

 

Lindeteves-Stokvis, 1-11

[Semarang 1 – Lindeteves-Stokvis] 
[Surabaya 1 – Lindeteves Stokvis] 

In de zestiger jaren [van de 19de eeuw] bestond te Semarang de firma J.A. van der Linde, waaruit in het jaar 1875 aldaar door de Heeren J.A. van der Linde en J.C. Teves de firma van der Linde en Teves werd opgericht, welke zich, behalve met den handel in alle soorten van ijzerwaren en benoodigdheden voor fabriek- en landbouwondernemingen, ook bezig hield met den import van koopwaren van algemeenen aard, waarvan er diverse in den loop der jaren kwamen te vervallen.
Van langen duur is het bestaan van de firma in deze samenstelling niet geweest, want reeds in 1880 overleed de Heer van der Linde, waarop in het volgende jaar de overgebleven firmant, de Heer Teves, tezamen met den Heer W.L. Veltman – die bij de bestaande firma werkzaam was – en verder den Heer A. Mirandolle van Doorpaal & Co, welk banklichaam reeds vroeger als financier voor van der Linde & Teves was opgetreden, de firma omzette in een Commanditaire Vennootschap. De beide eerstgenoemde Heeren traden daarbij op als werkende, de Heer Mirandolle als stille vennoot. […]
Toen nu in 1888, nadat de Heer Teves reeds was uitgetreden, de omzetting in een Naamlooze Vennootschap, genaamd ‘Maatschappij tot voortzetting der zaken Van der Linde & Teves’ plaats vond, bleef het bedrijf in het oorspronkelijke pand aan de Van Hoogendorpstroomstraat te Semarang gevestigd. Het behoud van het naambord ‘Van der Linde & Teves, handelaren in alle soorten van ijzerwaren en benoodigdheden voor fabriek- en landbouwondernemingen’ aan den voorgevel beoogde aan te duiden, dat de nieuwe vennootschap de eerste doelstelling van haar voorgangster tot de hare had gemaakt. […]
Reeds in de eerste jaren van haar bestaan breidden zich de zaken der nieuwe maatschappij, mede onder den invloed van den opbloei der suikerindustrie, die toen nog als voornaamste afneemster van Lindeteves was te beschouwen, krachtig uit. Weldra maakten de vele suikerfabrieken in Java’s Oosthoek de behoefte aan een vestiging in dat rayon voelbaar, zoodat in 1896 te Soerabaja een eigen agentschap werd opgericht teneinde een beter contact met de afnemers in die streken te bewerkstelligen.
Drie inkoopagenten, respectievelijk in Holland, Engeland en Amerika, zorgden inmiddels voor het aanvullen en vergrooten van de voorraden, welke zich gaandeweg uitbreidden en voor het wassende aantal opdrachten, dat de gebruikers in Indië hun door tusschenkomst van de beide Java-kantoren deden toekomen. […]
Op 1 Januari 1910 werd het geheele Nederlandsch Indische Bedrijf van R.S. Stokvis en Zonen Ltd. te Rotterdam overgenomen en het kapitaal [f 1.500.000.-] met f 1.000.000.- vergroot, terwijl de naam, met het doel aan de afnemers kenbaar te maken, dat de zaken van het overgenomen bedrijf van Lindeteves waren overgegaan, werd gewijzigd in: ‘Nederlandsch Indische Maatschappij tot voortzetting der zaken Van der Linde & Teves en R.S. Stokvis & Zonen Ltd.’ Ter vereenvoudiging verkort tot Lindeteves-Stokvis.
Wij zullen thans weer eens nagaan hoe het bedrijf in Indië in dien tusschentijd was gesteld.
De beide kantoren in Semarang en Soerabaja waren gunstig gesitueerd voor den afzet in Midden- en oost-Java. Het westelijk gedeelte van het eiland was echter van deze beide plaatsen uit moeilijk te bewerken en toen nu eensdeels het aantal afnemers onder de cultuur-ondernemingen in West-Java steeds grooter werd en anderdeels leveringen aan de te Batavia gevestigde Gouvernementsdiensten een steeds belangrijker omvang gingen aannemen, werd in het begin van 1911 daar een kantoor geopend, dat aanvankelijk klein begonnen, weldra behoefte kreeg aan ruimere localiteiten dan het oorspronkelijk bezat.
Op Molenvliet-Oost werd de maatschappij daarop eigenaresse van een terrein van ca. 3 H.A., dat voldoende ruimte bood voor latere expansie en hier verrees kort daarop een groot kantoor-gebouw met magazijnen, in welke laatste de omvangrijke voorraden, waaraan gaandeweg behoefte was ontstaan, konden worden ondergebracht.
Vestigingen te Djocja en te Tegal hadden reeds eenige jaren tevoren plaats gevonden teneinde het contact met de afnemers in de Vorstenlanden en de suikerdistricten Cheribon, Tegal en Pekalongan te vergemakkelijken, terwijl intusschen ook de ook de ruimte van het stamkantoor te Semarang op den duur te klein bleek te zijn.
Aangezien expansie ter plaatse niet mogelijk bleek, werd elders – op Tawang – een terrein aangekocht, waarop een nieuw kantoorgebouw met magazijnen werd opgetrokken.[…]
Inmiddels was de behuizing te Soerabaja ook alweer te nauw geworden, zoodat ook hier expansie noodzakelijk bleek. Gelukkig kon de maatschappij in 1913 de hand leggen op een terrein grenzende aan de oude gebouwen en bijzonder gunstig gelegen aan Passar-Besar, den hoofdverkeersader van Soerabaja. Hier kwam in 1915 een nieuw pand gereed.[…]

ILW Semarang Passar Besar 01 Het verzorgen der inkoopen in Europa maakte gaandeweg een zoodanige uitbreiding van personeel noodig, dat het in 1908 betrokken pand aan de Stadhouderskade te Amsterdam na een vijftal jaren, als noodmaatregel, het tijdelijk betrekken van een daarnaast gelegen pand noodzakelijk maakte. Inmiddels waren reeds bouwplannen in uitvoering om het inkoopkantoor een ruimere behuizing te geven. Aan her Jan Willem Brouwersplein te Amsterdam verrees in groote lijnen het nieuwe, monumentale gebouw, dat tot op den huidigen dag nog in gebruik is en dat in de eerste dagen van Augustus 1914 werd betrokken.[…]