De laatste waarnemingen zijn gedaan in 2018.
De wandelingen in PDF formaat
De achter de gebouwen e.d, vermelde cijfers komen overeen
met de cijfers die vermeld zijn op de diverse plattegronden.
Begin van de wandeling: Gerbang Utama Kebun Raya Bogor (Hoofdingang ’s Lands Plantentuin).
Plantentuin![]() Open: 8-6 Zondags erg druk. In de verte steekt de poort met zijn wachthuisjes wit af tegen de schaduwtunnel van de grote oprijlaan. (Niet die dag, maar later, zal ik daar nog eens uren rondzwerven, onder de reuzenbomen, de Canarium zeylanicum, de Garcinia livingstonei, de Ficus superba – zoals de pedante bordjes, nog steeds dezelfde, vermelden; ik hervind de grote grijze keien in de droge bedding van de Tjiliwung, de boomwortels als kluwens verstarde slangen of als menshoge diepe plooien in de schors: onvergetelijk speelterrein van het kind, dat ik veertig jaar geleden ben geweest.)[Haasse – Krassen op een rots, 109] Meer informatieDe Plantentuin. De botanische tuin omvat een terrein van zevenentachtig hectare waarin circa vijftienduizend inheemse en uitheemse planten en bomen een plaats hebben gevonden, volgens de folder. Een der eerste daden van den ‘Directeur tot de zaken van Landbouw, Kunsten en Wetenschappen’ [C.G.L. Reinwardt, hoogleraar in scheikunde, artsenijbereidkunde en natuurlijke historie aan het Atheneum Illustre te Amsterdam] was het voorstel, op 15 April 1817 aan commissarissen-generaal gedaan, tot stichting van een plantentuin te Buitenzorg, en nog op denzelfden dag werd hiertoe besloten. ‘Een woest en onaanzienlijk stuk gronds, achter en terzijde’ van het park van den gouverneur-generaal gelegen, werd voor dit doel aangewezen, en op 18 Mei 1817 werd de eerste patjoel in den grond gedreven voor het herscheppen van dit terrein in den kruidentuin, die thans een der schoonste vruchten is van het Nederlandsche bewind over Indië. [Indië geïllustreerd weekblad-1, 83, 85-86] De vroegste bewuste herinneringen: groene tintelende bewegende vlekken hoog boven mijn hoofd, de kronen van de reuzen-waaierpalmen in de Plantentuin van Buitenzorg. Ik zit of lig in een wagentje dat door mijn moeder wordt voortgeduwd. Dat moet geweest zijn in 1919 of 1920. Ik was ongeveer twee jaar oud.*] *] De natuur van Indië versterkte in hoge mate de aanleg tot waarnemen die me is aangeboren, of al heel vroeg ontstaan is. Overal geleiden de fraaiste wandelwegen naar de schilderachtigste natuurtooneelen, bij welker aanschouwing men opgetogen is, doch welker beschrijving ik vruchteloos zoude beproeven. |
De afbeelding van Ganesha, de Hindoegod van de Wijsheid, in de pilaren bij de ingang. 1 . De tuin is den prachtigen ingang waardig. In alle talen der beschaafde wereld hebben bewonderende mannen der wetenschap zijn lof bezongen, en hem eenstemmig voor den prachtigsten plantentuin der wereld verklaard, terwijl ze aan het beroemde Kew den tweeden rang toewijzen, en de tuinen van Berlijn, Parijs en Weenen in de derde, vierde en vijfde plaats noemen.[De Wit – Java, 181-182, 187-190] |
![]() |
Recht vooruit zicht op: de Kenarielaan (Canarium commune): 2 .
Met een glimlach denk ik terug aan een foto, die jaren in mijn kamer hing, en waarop een neef tusschen hooge boomen afgebeeld was, leunend tegen de zware wortellijsten van een Canarium, met het onderschrift: “Piet in het oerwoud!” waringinlaan, een der glories van de plek. Ik beken dat de eerste indruk me een weinig teleurstelde. [De Wit – Java, 181-182, 187-190] |
Rechts: Tugu Lady Raffles: 3 .
Marianne Raffles![]() De plek heeft altijd een koninklijke snit gehouden want al in 1814 werd er het Olivia Marianne Raffles Memorial opgericht ter nagedachtenis aan de in dat jaar in Buitenzorg overleden vrouw van de Engelse Governor General. een monument dat tijdens een storm in 1970 zwaar beschadigd werd, maar er nu weer als nieuw bijstaat. Reeds onmiddellijk bij het binnenkomen door de poort treft ons de prachtige Kanarielaan met reusachtige boomen, omwoeld met klimplanten, waarvan de takken bedekt zijn met de meest fantastisch gevormde orchideeën.[...]passeert men een leelijk witgepleisterd monument, opgericht ter nagedachtenis aan de eerste vrouw van Raffles; m.i. staat het daar zeer hinderlijk. [Indië geïllustreerd weekblad-2, 43] Meer informatieMet Du Perron wandelen wij door de Plantentuin. De tuin als zodanig schijnt hem koud te laten, maar hij keurt het in mij af, als ik bij het vrij conventionele koepeltje ter gedachtenis aan mevrouw Raffles niet dadelijk naar mijn blocnote grijp om het gedicht op te schrijven: Een tijdlang werd de sarong-kabaai in den ban gedaan, toen Olivia Marianne, de eerste echtgenoote van den Luitenant Gouverneur van Java, Thomas Stanford Raffles, door haar voorbeeld haar omgeving, de gansche bureaucratie en samenleving noodzaakte de Engelsche zeden te volgen en van den vroegen ochtend tot den laten avond op Europeesche wijze gekleed te gaan – wat de dames hier verschrikkelijk vonden. En dat alles omdat mevrouw Van Waliënhove sarong en kabaia een indécente kleeding vond! |
Ga linksaf: geasfalteerde weg.
Rechts: kassen van de kwekerij: 4 .
Paerel wordt boos, vooral om de hilariteit die er op volgt. Immers ieder weet welke de prachtige nieuwe bloem is, in de kassen getrokken en bij geheime dagorder onbereikbaar gesteld voor alle plantlievende dames, behalve mevrouw Van Waliënhove. [Foore – Bogoriana, 116] |
Links: Laboratorium Treub. (Treub Laboratorium, 1913 – B.O.W.) 5 .
Laboratorium
Tevens te zien een lijst met de namen van de wetenschappers die in het laboratorium hebben gewerkt. Meer informatieEn nu begint de waarde van Tjibodas bergtuin pas echt te stijgen en komt de tijd, dat Tjibodas naam krijgt. Dat vindt zijn oorzaak daarin, dat de belangrijke invloed van Melchior Treubs directeurschap na enkele jaren overal begint door te werken. De Plantentuin begint meer nog de attentie te trekken van de geleerde wereld en Treub weet door de macht van zijn persoonlijkheid steeds meer Europeesche botanisten naar den tropischen Hortus te lokken, waar niet enkel de betere werkgelegenheid en de belangwekkende tropische natuur, maar ook Treubs persoon als intellectueel centrum, het verblijf zoozeer de moeite waard maakte. [Nederlandsch Indië oud & nieuw-1, 529-534] De volgende laboratoria zijn gouvernementsinstellingen: |
Links: Wisma Tamu Nusa Indah. (Woning Directeur Plantentuin.) 6 .
Directeurswoning![]() Ten einde de directeur van Landbouw te kunnen ontlasten van de tijdroovende, dagelijksche bemoeienissen met de behandeling der natuurwetenschappelijke zaken bij zijn departement en hem op die wijze in staat te stellen om zijn volle aandacht te wijden aan andere belangrijke aangelegenheden, is de leiding van de gezamenlijke natuurwetenschappelijke zaken geconcentreerd in de hand van een afzonderlijk ambtenaar met den titel van ‘directeur van ’s lands plantentuin’. [De Locomotief, 23 October 1911]
De directeur van ’s lands plantentuin bezat het voorrecht haar zijn gade, zeven alleraardigste dikke jongetjes het nog grooter voorrecht haar hun moeder te noemen. Ze zou even beminnelijk en zeker amusanter zijn, wanneer ze niet altijd zoo overstroomende was van teederheid voor haar achtdubbelen schat; immers ook de aardigste vrouw schijnt langdradig als ze over haar kroost spreekt, voor ongehuwden omdat ze oningewijden zijn, voor getrouwden omdat ze popelen van begeerte om over hun eigen wonderkinderen te beginnen. Meer informatieDaar ze ziet dat haar toespraak niet den minsten indruk maakt, slaat ze op eens een graftoon aan: “Ze blijven hier nooit een nacht, want de jongens hebben last om, zoodra het donker wordt, ze te verwurgen of dood te slaan." Ik weet niet hoe lang ik daar heb zitten droomen. Ik had een afspraak gemaakt met den Directeur, den heer Dr. Docters van Leeuwen, die mij wel door deze wonderen wilde rond leiden. Ik vergat heelemaal uur en tijd.... Ik dacht, dat het steeds half zeven bleef.... dat het oogenblik stil stond. |
Ga terug en rechtsaf: geasfalteerde weg.
Aan het eind van de weg: Museum Zoologi. (Zoölogisch Museum.) 7 .
Open: ma – vr: 8 – 16; za – zo, feestdagen: 8 – 17.
Zoölogisch Museum
Langzamerhand echter, voornamelijk onder het bestuur van Teysmann, werden ook vele planten uit andere landen ingevoerd, met het doel ze in Java te acclimatiseeren hetgeen ook dikwijls uitstekend gelukte. En ten slotte, dat is nog niet zoolang geleden, werden er een museum, een bibliotheek en verscheidene laboratoria voor scheikundige, botanische en artsenijkundige onderzoekingen ingericht; [De Wit – Java, 189-190] ![]() Meer informatie[1923] Dit museum werd ongeveer 18 jaren geleden, door den in 1922 gestorven, gepensionneerden Majoor Ouwens opgericht, die in zijn 16-jarigen diensttijd een schat aan voorwerpen, de Zoölogie betreffende, had weten bijeen te brengen, welke hij grootendeels op expedities en kleinere excursies verzameld en daarna geprepareerd had. |
Ga, ‘met het museum in de rug’, linksaf: geasfalteerde weg.
Rechts: Palmen met o.a. de klimmende palm, de rotan.
Ga bij de bredere asfaltweg: schuin links.
Ga rechtsaf: keien pad.
Ga door het midden van Taman Teysmann. (In vroeger tijd rozentuin met de Gedenknaald voor Johannes Elias Teysmann.) 8 .
In de rozentuin verheft zich een zuil van graniet, opgericht ter herinnering aan den hortulanus Teysman, een der meest bijzondere figuren in de eerste ontwikkelingsgeschiedenis van den Plantentuin; de eenvoudige tuinmansbediende, die in 1831 met den Gouverneur-Generaal naar Indië vertrok en ruim een halve eeuw, eerst praktisch, later onder leiding der zich opvolgende geleerden, ook wetenschappelijk werkte. Staande voor dit monument te midden der rozen, gevoelen wij de lijn van het verleden naar het heden; de lijn van den eenvoudigen man van de praktijk tot aan den genialen geleerde, die meer dan een kwart eeuw met zijn ongeëvenaarde talenten, zijn grootheid van visie, den Botanischen tuin van Buitenzorg deed groeien tot het voornaamst tropen-instituut der wereld; [Nederlandsch Indië oud & nieuw-7, 367-368] Zie ook [Indië geïllustreerd weekblad-1, 83, 85-86] |
|
Ga het bruggetje over de Cibalok over en ga daarna meteen linksaf.
Links en rechts: diverse soorten Bamboe.
Links: Makam Belanda (begraafplaats). 9 .
Verijdeld werd in ’t uur van smart Een kind van Van den Bosch (1836). Een dochter van Mr. O. van Rees en zijn vrouw J.S.W. van Braam Morris (1886). Het oudste graf blijkt dat van een zekere Cornelis Potmans, van Middelburg, 1714-1784, ‘2de administrateur van den medicinalen winckel, 3de lid van het college van Weesmeesteren’. Tot in de dood werden, in de toko der oude Compagnie, ’s mensen aardse functie nauwkeurig afgewogen.[Walraven – Eendagsvliegen, 307-308] |
![]() ![]() |
![]() ![]() |
![]() ![]() |
![]() ![]() |
De echtgenote van Mr. Pieter Myer (1870), D.J. de Eerens, gouverneur-generaal, 1840. Ary Prins, waarnemend G.G., 1867. Jhr. H. van Raders begraaft hier in 1867 zijn vrouw, 29 jaar oud, en laat op het graf beitelen: ‘Zalig zijn de armen van geest’. Dit ontlokt de Nederlandse dichter, romanticus, essayist en polemist E. du Perron de woorden: ‘Kenápa toch begitoe bodok?’... Er liggen wat notabelen die circa 1840-1850 overleden zijn, zoals de G.G. Eerens (1781-1840). Eerens (Dominique Jacques de), geb. Alkmaar 17 Maart 1781, overl. Buitenzorg 30 Mei 1840, werd na een schitterende militaire loopbaan, waarin hij den rang van luitenant-generaal bereikte, benoemd tot gouverneur-generaal van Ned.-Indië. [Geïllustreerde Encyclopaedie, 291-292]
Hier Iigt begraven Elisabeth Charlotte Vincent, echtgenoot van Jan Jacob Rochussen. Zij stierf den 14 Augustus 1851 te Buitenzorg aan de gevolgen van hare verlossing op den 21 Junij 1851 van eene bij de geboorte overledene dochter. Het wichtje rust met de moeder in hetzelfde graf en is met, haar in den hemel vereenigd.' [Haasse – Sleuteloog, 131-132] |
Volg het pad naar rechts en ga bij de geasfalteerde weg even linksaf.
Zicht op de Koningspalmen. 10 .
Een laan van Koningspalmen, een witte zuilenrij gelijk, voert naar het Regeeringspaleis; [Nederlandsch Indië – Oud & Nieuw-7, 369] Groote rijwegen en heerlijke paden doorsnijden den uitgestrekten hortus, die de geliefkoosde wandelplaats is der Buitenzorgsche dames en heeren, zoowel als van de talrijke vreemdelingen, die Buitenzorg bezoeken. Wil men nauwkeurig alles bezien, dan zou men dagen daarvoor noodig hebben, alleen de Koningspalmenlaan reeds is voor een niet oppervlakkig bezoeker een onuitputtelijk museum van Indische plantenweelde.[Van Maurik – Indrukken van een Tòtòk, 125-127] |
Ga de geasfalteerde weg terug, in oostelijke en vervolgens zuidelijke richting.
Links: Zicht op het presidentieel paleis: Istana Bogor: 11 .
Paleis![]() Uit het paleis, dat zich verheft te midden dier tropische heerlijkheid, stroomt een zee van licht. Meer informatieDe zuid- of parkzijde heeft een vooruitspringend, door zuilen gedragen middendeel met fronton en aan weerszijden eene breede galerij, waarvan het dak eveneens door zuilen geschraagd wordt. Het uitzicht dat men van hier en ook uit de schoone en reusachtig groote eetzaal geniet, is nog schooner dan dat aan de voorzijde. De vijver met zwanen bevolkt, veel grooter dan die aan de voorzijde en een onregelmatigen driehoek vormende, nadert met zijne beide peervormige verlengingen tot dicht aan den voet van het gebouw, terwijl men daarachter het oog laat weiden over reusachtige boomen, heerlijke bloemperken, een volière met prachtig gevogelte, en in het verre verschiet weder op het blauwend gebergte, aan welks langzaam oprijzende hellingen dichte bosschen en donkere ravijnen met dorpen en rijstvelden afwisselen. [Nederlandsch Indië oud & nieuw-1, 64] We staan aan de rand van de gewelfde vijver waarin grootbladige lotosbloemen drijven. Het paleis, doodstil, geen mens te zien, drukt in zijn pompeuze sierlijkheid iets uit, in deze jaren bijna iets naïefs en toch geladens, het doet ook denken aan L’Année dernière à Marienbad. Ik voel me hier volkomen gelukkig. Plantaardig, groen, ruisend. Na veertien dagen werd het wat rustiger en mochten we de Plantentuin. gaan bezichtigen, maar die was toen helaas erg verwaarloosd en vervuild. De britse soldaten hadden, vlakbij het paleis van de goeverneur-generaal, dat zij moesten bewaken, latrines gegraven. |
Links: Tugu Reinwardt: 12 .
|
Volg het voetpad tussen de vijver en de geasfalteerde weg: de Kenarielaan. 13 .
Langs de oevers staan boomen, als uit verhalen van den Duizend en één Nacht; de wonderlijksten zijn wel de Nubische Derwischboom, de Gigelia Pinnata, de zoogenaamde leverworstboom. Uit de breede kroon hangen touwen met op worsten gelijkende vruchten, en de Waaierpisang of de Boom der Reizigers, de Ravenala Madagascariensis, die als reuzenwaaier de langstelige zwaar gewrochte bladeren over den oever spreidt. [Nederlandsch Indië oud & nieuw-7, 370] Na enig zoeken vinden we ook de prachtige kanarielaan die dateert uit 1823. Naarmate de bomen meer uitgroeiden is de laan optisch smaller geworden. Het is nu een geasfalteerd paadje tussen de hoge stammen van de Canarium commune. Ze zijn dicht begroeid met parasiterende klimplanten en lianen. [Vervoort – Retourtje tropen, 116-118] |
Ga bij de zuidelijke punt van de vijver linksaf.
Ga rechtdoor, het rechter keien pad op.
Ga het trapje af.
Links en rechts: bomen uit de Mahonie-familie.
Houd bij de vijver links aan. 14 .
De ronde vijver had in vroeger tijd reuzenwaterlelies o.a. de ‘Koningin Victoria’ en een grote fontein.
|
Ga aan de linkerkant rond de vijver en ga linksaf het 1ste pad in.
Rechts: Een koepeltje: 15 .
|
Het pad loopt omhoog. Links en rechts: Sapindaceae (o.a. rambutan en lychee).
Ga op het eind van het pad even naar links.
Oudste boom in de tuin: Lichi chinensis geplant in 1823: 16 .
Volg het pad naar rechts tot een 6-sprong.
Ga op de 6-sprong rechtdoor, het pad gaat vervolgens schuin-rechts.
Rechts: magnolia’s met sterk ruikende bloemen.
Ga rechtsaf, de geasfalteerde weg op.
Volg, op de splitsing, de linker geasfalteerde weg.
Links: Eucaliptus en kruidnagel.
Ga de brug over de westelijke arm van de Ciliwung over: 17 .
![]() [Haasse, Zelfportret als legkaart,103] |
Rechts: Twee kapokbomen: flesvormig met plankwortels, Ceiba pentandra.
Steek de ‘Tweede Kanarielaan’ over: 18 .
Door deze rijkdom men van geuren en kleuren wordt de nieuwe Kanarielaan bereikt, welke langer en ook breeder is dan de oude Kanarielaan door Teysman aangelegd en in den loop der tijden nog grootscher zal worden; nieuwe rijkdommen zijn hier te bewonderen in wasbloemen en planten met merkwaardig gevormde bladeren overal gele, witte, rose bloemen met welriekende geuren. Hier leven de groote familiën der Mimoseae, de fijnbladerige stekelige Accacia’s, der welriekende Jasminiumsoorten, der Araliaceaën, der Kamperfoelie en talloozen meer. [Nederlandsch Indië oud & nieuw-7, 372] |
Rechts: Durio zibethinus (Javaanse doerian) en Durio kutejensis (doerian uit Borneo).
Aan elke kant van de brug staat een Dillenia philippinensis met witte bloemen.
Ga de brug over de oostelijke arm van de Ciliwung over: 19 .
![]() ![]() |
|
Recht vooruit, met een knik naar links: de Astrid laan: 20 .
Ga rechtsaf: geasfalteerde weg.
[Couperus – Oostwaarts, 130-132] |
Ga linksaf: geasfalteerde weg.
Links: Restaurant ‘Grand Garden’: 21 .
[Vervoort – Retourtje tropen, 116-118] |
Volg de geasfalteerde weg met een slappe bocht naar links.
Ga rechtsaf: een dubbelbaans weg, de Astridlaan: 22 .
Astridlaan (1931), aangelegd n.a.v. het bezoek van de Belgische Prins Leopold en de Zweedse Prinses Astrid op hun huwelijksreis in 1929.
Deze Belgische koningin verongelukt in 1935 bij Küssnacht.
De middenberm is beplant met rode en gele canna (Canne hybride), die met de zwarte kleur van de bladeren, de kleuren van de Belgische vlag vormen.
(Rechtdoor: een ingang van de tuin.) Ga schuin links: geasfalteerde weg.
Links: Masuk Griya Anggrek. (Orchideeënhuis). 23
Orchideeën![]() ... wij dwalen door de vochtig-hete kassen met misschien wel 's werelds rijkste orchideeëncollectie, tot bloem geworden exotische vlinders. Weer buiten gekomen, rapen we onder de bomen wat van de glanzend rood-zwarte vruchtpitten op die u wel tot snoeren geregen hebt gezien. [Ferguson – Nu wonen daar andere mensen, 208] Meer informatieZij hecht de plant met een u-vormig krammetje vast op een langwerpige zwarte plak varenturf, en vertelt me dat dit een larat is, die aan de straks volwassen stengel een tros van wel zes, acht of nog meer bloemen zal dragen, nu eens niet in de kleuren purper-roze en fluwelig donkerrood, maar sneeuwwit, met een zachtgroene keel. Mijn favoriet onder de orchideeën was de anggrek boelan, de witte maanbloem, rond van vorm, sneeuwwit, soms met tien kelken tegelijk bloeiend aan een lange stengel. Juist deze betoverende soort had vaak te kampen met een ziekte waartegen geen kruid gewassen bleek. Waren de bladeren te nat geworden door binnenwaaiende regen of overdadig begieten (aan dat laatste maakte de kebon, die ook wel eens meehielp, zich tot wanhoop van Non herhaaldelijk schuldig), dan ontstonden er doorschijnende vlekken in het bladgroen, die zwollen tot blaren, gevuld met een stinkende zwarte pap. Zij bleven voor mij onzichtbaar achter een hoog rek, waaraan de orchideeën hingen die de gastvrouw kweekte, ‘anggrek boelan’, de witte maanbloem. |
Rechts: wat achteraan: citrusbomen.
Volg de weg naar links.
Ga op T-kruising rechtsaf.
Links: achter groen hek: Taman Tumbuhan Obat (tuin met medicinale planten). 24 .
Rechts: Taman Sudjana Kassan.
De pergola van waaruit men over de tuin kijkt is bedekt met de klimplant Mucuna novo guineensis, die twee maal per jaar vuurrode bloemen heeft. De Engelse naam is Flame of Irian: 26 . |
Rechts: de Waringin van Soekarno: 27 .
President Soekarno plantte in 1966 deze banyan boom, de Ficus benjamina. In Indonesië wordt deze boom als heilig beschouwd en hij is vaak geplant op de Alun-alun van steden en dorpen. |
Vervolg de wandeling in westelijke richting en ga de brug over de Ciliwung over: 28 .
![]() ![]() [Haasse, Zelfportret als legkaart,103] |
Ga na de brug linksaf, het pad langs de rivier.
Ga bij de ‘Rode brug’ rechtsaf, het keien pad op.
Ga bij het geasfalteerd pad rechtsaf
Links: begraafplaats met drie graven van prinsen uit het Koninkrijk Pajajaran: 29 .
De plantentuin is in 1817 opgericht op de plaats waar vroeger het paleis stond van het Hindoeïstische Pajajaran-rijk. |
![]() ![]() [Haasse – Krassen op een rots, 47-48] |
Rechts: Moraceae familie: o.a. vijgenboom (Ficus) en de moerbei (Morus). Ook staat hier de nangka (Artocarpus heterophyllus) met vruchten die een halve meter lang kunnen worden.
Ga bij 5-sprong scherp links, het keien-pad op.
Blijf rechtdoor lopen tot aan het koepeltje: 30 .
Koepeltje; uitzicht over de rivier, de bomen en het begraafplaatsje.
Ga het keien-pad omhoog in zuidelijke richting.
Rechts: is soms is even het paleis te zien: 31 .
Sedert in 1870 de bepaling was gemaakt, dat de Gouverneur Generaal voortaan zijn gewoon verblijf te Buitenzorg houdt, resideerde dus ook Mr. Loudon aldaar en kwam alleen voor regeeringszaken in de hoofdstad. Het verblijf van den onderkoning biedt een onvergelijkelijk schoon uitzicht op de vallei van den Tji-Liwang, den vulkaan Salak en de blauwe bergen aan de ééne, op den uitgestrekten hertenkamp, waarin de makke reeën en herten vreedzaam grazen, aan de andere zijde. [Fabricius – Een reis door het nieuwe Indonesië, 113-114] |
Links: mango (Mangifera indica) en mangistan (Garcinia sp.).
Links: het begin van een verharde weg: 32 .
Links en rechts: bomen van de cacao en cola familie:
Rechts: Theobroma cacao: grote rode en groene cacaovruchten.
Rechts: Cola acuminata en Cola nitida: grote bruine vruchten waaruit cocaïne wordt gewonnen.
Volg het pad naar rechts.
Ga linksaf: de geasfalteerde weg op: 33 .
![]() ![]() De overlangs gespleten vrucht op de linker foto laat een rijpe muskaatnoot zien met de rode zaadrok. Op de rechter foto is een houten lepel te zien met daarop de gedroogde zaadrokken: de foelie. Een boom kan wel 2000 noten dragen. [Kruiden in tuin en keuken, 102] |
Houd bij de splitsing van twee geasfalteerde wegen rechts aan.
|
Scherp links: een geasfalteerde weg.
Ga de volgende weg linksaf: 34 .
![]() |
![]() ![]() ![]() ![]() |
De vijvers hebben een stevige bodem waardoor het regenwater niet wegstroomt.
Soms zijn in de bomen, rechts, vliegende honden te zien.
Ga tussen twee vijvers door en na het tweede bruggetje: rechtsaf: 35
Ga via steile trappen omhoog.
Ga na het koepeltje rechtdoor en het 2de pad linksaf.
Links en rechts: schroefpalmen met steltwortels of luchtwortels (Pandanus). 36 .
De grote vruchten hebben als ze rijp zijn een oranje of rode kleur.
Rechts: Agaves.
Ga op T-kruising rechtsaf.
Rechts: Agaves waaronder sisal (Agave rigida).
Links: familie van Vlinderbloemigen, bekend door diverse voedselgewassen.
Ga op 2de kruising rechtsaf.
Ga op asfaltweg scherp linksaf.
Rechts: Bank ter herinnering aan Dr. J. Smith, oud-directeur Herbarium en grondlegger van de kennis van orchideeën: 37 .
Rechts: Groep beelden en stenen van Hindoe origine, gevonden in de tuin.
Links: Koompassia excelsa – boom met plankwortels nodig voor steun van de lange stam, die 40 m. kan worden: 38 .
Ga bij het monument van Lady Raffles linksaf; 3 .
Of rechtdoor voor een bezoek aan het Zoölogisch Museum: 7 .
Open: ma – vr: 8 – 16; za – zo, feestdagen: 8 – 17.
Tweede deel: zuidelijk gedeelte van het centrum van Bogor
Ga, na de het bezoek aan de tuin, rechtdoor: Jl Suryakencana (Handelsstraat).
Links: Vihara Dhanagun, Hok Tek Bio.
![]() ![]() ![]() Centrale altaar: Hok Tek Tjeng Sin, de koning van de aarde, voor wensen om voorspoed in de handel. Rechter altaar: Kuan Im Po Sat, de vrouwelijke heilige die voorspreekster bij de Boeddha is, voor wensen om gezondheid. |
Ga linksaf: Jl Pasar Baru.
Ga rechtsaf: Jl Pasar Roda (Chineesche wijk en markt).
Inzonderheid zijn zij ook goede tuiniers, en zonder hen zoude men vele Chinesche en Europische wortelen, moeskruiden en vruchten moeten ontberen, of althans daarvan zeer schaars voorzien kunnen worden, als van kool, salade, uitmuntende radijs zoo dik als onze komkommers en zeer goed van smaak, ramenas, boontjes, erwten, peulen, spinaadje. pieterselie, zuring, komkommers, batatas, watermeloenen, meloenen, gele tuinwortelen, groene gember, ananassen, en honderd andere tuingewassen, die thans overal in Indië even zoo overvloedig als in Europa te krijgen zijn. Niettegenstaande de gouverneur-generaal [Idenburg, 1909-1916] om meer dan een reden en ook uit een politiek oogpunt het houden van pasar op Zondag verwerpelijk acht, zou de landvoogd in de bestaande toestand kunnen berusten, indien Zijne Excellentie overtuigd was van de noodzakelijkheid daarvan. Daar de landvoogd echter voorshands niet inziet dat onoverkomelijke bezwaren zich tegen het uitzonderen van den Zondag als pasardag verzetten, zou Zijne Excellentie wenschen, dat, waar mogelijk en dan zoo spoedig doenlijk, gebroken werd met het bestaande gebruik. [De Locomotief, 2 September 1910]. Feller fonkelt dit Indisch leven op [...] over de groote beweeglijkheid der dagelijksche passars, in alle deelen der stad, waarvan voor den vreemdeling de Chineesche passar, ten Zuiden van den Plantentuin, het belangwekkendst is. [Nederlandsch Indië oud & nieuw-7, 379] |
Ga terug naar de Jl Suryakencana (Handelsstraat).
Ga linksaf Jl Juanda.
Rechts: Kementerian Lingkungan Hidup dan Kehutanan.
Door de zorg van de afdeeling Handel van het Departement van Landbouw, Nijverheid en Handel werd op aanwijzing van haar directeur, den heer Sibenga Mulder, die kort geleden van eene studiereis in Australië en Nieuw-Zeeland terugkwam, eene uitgebreide monstercollectie samengesteld, welke collectie met het doel ook het Indische publiek te doen zien op welke wijze het landbouw-departement de belangen van deze kolonie in den vreemde voorstaat, gedurende een drietal dagen te Buitenzorg ter bezichtiging is gesteld. [Indië geïllustreerd weekblad-6, 40-43] |
Links: no. 100, “Anno 1912” Badan Planologi Kehutanan.
Departement![]() Het oude gebouw van het Departement van Landbouw, Nijverheid en Handel De leiding van dat departement zou in handen moeten worden gelegd van een praktisch landbouw-econoom, die op dat gebied zijn sporen had verdiend. Hij bood die werkkring aan de heer H. J. Lovink aan, destijds directeur-generaal van de landbouw bij het ministerie van Landbouw, Nijverheid en Handel te Den Haag. Lovink aanvaardde het voorstel en kwam in december 1909 te Buitenzorg. In 1911 werd het departement van Landbouw uitgebreid met een nieuwe afdeling, die van Nijverheid en Handel. Er was in het buitenland een levendige vraag naar produkten van Nederlands-Indië ontstaan, maar de gevolgen van opkomende buitenlandse concurrentie moesten bijtijds onder ogen worden gezien. Meer informatie
De tani zou, meende hij, direct bereikt moeten worden door dorpsonderwijzers, lagere ambtenaren, wie enige elementaire landbouwkennis zou zijn bijgebracht en die deze aan de inheemse boer zouden doorgeven; demonstratie achtte hij noodzakelijk, door verstrekking van kunstmest, goed zaad, betere werktuigen e.d. Lovink was een imposante persoonlijkheid. [...] Hij was een voortreffelijk onderhandelaar. Ik heb conferenties bijgewoond, waarin hij residenten die bezwaren hadden tegen de organisatie van zijn landbouw-voorlichtingsdienst, inwikkelde tot ze heengingen met het gevoel heel wat te hebben bereikt, terwijl ze in feite Lovinks denkbeelden grotendeels hadden overgenomen. [1904] Machtiging is verleend om het hoofdgebouw voor het departement van landbouw te Buitenzorg te bouwen, zijnde de kosten geraamd op f 18.852. [Indisch Bouwkundig Tijdschrift -7,182] Het departement van Landbouw heeft proeven genomen met de verzending van Indische vruchten naar Holland. Daarheen gezonden kistjes ananas kwamen mooi aan. [De Locomotief, 5 September 1910] Naar wij vernemen, is thans de officieele titel van den directeur van Landbouw met ingang van 1 dezer: Directeur van Landbouw, Nijverheid en Handel, [De Locomotief, 9 September 1911] Volgens de Javabode is besloten op het gedeelte van het departementsgebouw – n.l. het zuidelijk gedeelte van den linkervleugel en het achtergebouw – dat thans nog niet van een verdieping is voorzien, een verdieping aan te brengen, welke 8 lokalen zal bevatten. [De Locomotief, 4 April 1917] Bij het departement van economische zaken is sedert 1918 te Buitenzorg een afdeling ‘Nijverheid’ welke in den meest uitgebreiden zin voorlichting verschaft, zoowel aan de Europeesche als aan de inheemsche industrie. Onder het hoofd van deze afdeeling zijn nijverheidsconsulenten werkzaam. Onderzoekingen worden verricht en voorlichting verstrekt in het belang van de steen- en pannenbakkerij, van de leerlooierij, terwijl de textielnijverheid wordt bevorderd. Mede wordt gelegenheid gegeven tot het ontvangen van practisch onderricht. [Geïllustreerde Encyclopaedie, 463-465] |
Links: 98 Museum Tanah dan Pertanian, (za – do: 8 – 3; geen Engelse teksten).
“Laboratorium voor Agrogeologie en Grondonderzoek – 1905”.
[1907: architect P. Moojen:] Zeer jonge ingenieurs pas uit Delft, alwaar zij allen te weinig van bouwkunst leerden om iets, en toch te veel om te willen erkennen dat zij er niets van af weten, beproeven hunne krachten op de ontwerpen der van gouvernementswege op te richten monumentale en andere gebouwen. Wat daarvan terecht moet komen, valt gemakkelijk te begrijpen, de heeren bewegen zich immers op een gebied, waar zij de eerste schreden nog moeten leeren zetten! De nieuwste prestaties van dien aard zijn aan te wijzen in de gebouwen van het landbouwkundig laboratorium in Buitenzorg. [Indisch Bouwkundig Tijdschrift-10, 140] |
Rechts: 11 Balai Besar Industri Agro: BBIA (Laboratorium voor Scheikundig Onderzoek – Dept v. Econ. Zaken).
Rechts: (9) Museum Zoologi Bogor.
Men vindt daar dan een groot aantal opgezette dieren en een zeer interessante verzameling levende, groote en kleine wandelende takken en dito bladeren. Zeer mooi is ook de collectie slangen op spiritus. [Indië geïllustreerd weekblad 2, 41-42] |
Ga met de weg mee naar rechts.
Links: Jl Empang (Tandjakan Empang).
Tweemaal in de week rijdt een postwagen, of zoo als men thans zegt, eene diligence, van Batavia naar Buitenzorg, waarmede men voor de (in Indië) geringe som van vijf Spaansche daalders, dit bekoorlijk verblijf der Opper-landvoogden van Nederlandsch Indië, kan bezoeken. De overtogt van 39 palen of 13 uren afstands, geschiedt gewoonlijk in vier uren tijds, zoodat deze postwagen, althans, zijnen Franschen naam niet onwaardig is. [Huet – Brieven II, 242] |
Links, op de hoek: Mall BTM, de plaats van (de oprijlanen en daar achter) het voormalige Hotel Bellevue.
... wanneer men een van de bergkamers van het ‘Hôtel de Bellevue’ betrekt, vergeet men spoedig alle afgematheid door het verrukkelijk panorama, dat zich daar aan het oog ontrolt in de vallei van den Tji-Liwong en de prachtig begroeide hellingen van den reusachtigen Salak. [Breton de Nijs – Vergeelde portretten, 81-82] |
Links: Kantor Pelayan Pajak (Plaats van de voormalige woning van Raden Saleh).
[Huet – Brieven III, 7-8] |
Links: Parkeerterrein en het gebouw van de Bank BRI.
Algemene SecretariePlaats van het voormalig Kantoor Algemene [Gouvernements] Secretarie. Uit de Bataviasche Courant van 1827 blijkt, dat Gang Secretarie [in Batavia] werd aangelegd op het “plein” der “voormalige” Secretarie. Reeds in 1825 was deze eerste Secretarie voor afbraak verkocht. Wij bespeuren echter tegelijk het bestaan eener nieuwe Secretarie eenige huizen van de Harmonie af aan Koningsplein Noord of op Rijswijk. In het begin van 1829 liet Du Bus deze tweede Secretarie evenzoo verkoopen, nadat hij de heeren pennisten had gehuisvest in het paleis aan het Waterlooplein. Anno 1836 verhuisde een deel daarvan naar Buitenzorg. In 1847 bracht de G.-G. Rochussen de heele Secretarie van Buitenzorg en Waterlooplein over naar eene derde Secretarie op Koningsplein Noord, vanwaar zij onder Van Rees weer naar Buitenzorg is verhuisd. [Oud Batavia I, 397 Noot]Meer informatieEen van de belangrijkste functies van die staf was, er op toe te zien dat geen voorstel de gouverneur-generaal bereikte waarover niet alle in aanmerking komende instanties advies hadden uitgebracht en dat beslissingen van de gouverneur-generaal kenbaar werden gemaakt aan alle daarvoor in aanmerking komende gezagdragers. Aldus werd in het gehele gouvernementsapparaat de eenheid van beleid bevorderd. Ook droeg de Algemene Secretarie zorg voor het bijeenbrengen van alle belangrijke stukken uit dat gehele apparaat die opgenomen werden in de z.g. mailrapporten welke wekelijks aan de minister van koloniën werden toegezonden, en voor het opstellen van het concept voor het jaarlijks Koloniaal Verslag dat in zijn definitieve vorm door de minister aan de Staten-Generaal werd voorgelegd. [Het Koninkrijk der Nederlanden, 11a, 157] ... ze scheldt zichzelve kinderachtig, veeleischend, ondankbaar; ze tracht mevrouw De Bruining na te spreken, die betrekkelijk kalm verklaren kon: “Ja, zie je, onze mannen, dat zijn eigenlijk onze mannen niet; die zijn van de secretarie,” en ze neemt zich voor, evenals zij, afstand te doen ten behoeve der secretarie. Van Twist had behoefte had aan “een betrouwbare en zaakkundige ambtenarenstaf. En die ontbrak maar al te zeer. Het kostte de grootste inspanning, op de algemene sekretarie iemand te vinden die het koloniaal verslag kon opstellen. Met een vaak hinderlijke neuswijsheid werd de wenselijkheid van een maatregel die door een departement werd voorgesteld, door secretarie-ambtenaren beoordeeld. En doordat de algemene secretarie fungeerde als een trechter, waardoor al wat van de departementen kwam de gouverneur-generaal bereikte, had zij op de beslissing van de landvoogd een invloed, die aan louter administratieve ambtenaren niet toekwam. Van Heutsz kon iemand de mantel uitvegen in een taal waar geen woord Frans in was. Op de Algemene Secretarie gingen stukken met in de marge geplaatste disposities en opmerkingen van de G.G. meermalen van hand tot hand, en dan was er grote pret om de ongezouten kenschetsing van wat hem in een stuk onlogisch voorkwam. Het ambtenaren-apparaat (het blijvende in de Nederlands-Indische maatschappij, waar G.G.’s kwamen en gingen, en dat z’n centrum vond in de Generale Secretarie te Buitenzorg, waarvan eens Welter het hoofd was, opgevolgd door andere Welters) probeerde dus op alle wijzen de Sarekat Islam-beweging het leven zo moeilijk mogelijk te maken en met behulp van allerlei bepalingen, die zowel het vergaderen als de uitingen van de pers buitengewoon moeilijk maakten, slaagde men er altijd in, een volksbeweging in staat van beschuldiging te stellen en het zover te brengen, dat men bewijzen in handen had dat een of ander voorschrift was overtreden en dat de rust en orde in gevaar waren gebracht. En als er geen bewijzen waren, handelde men zonder bewijzen!. De Graeff had een voorspoedige ambtelijke loopbaan achter de rug. Hij was als jong ambtenaar op de Algemene Secretarie te Buitenzorg geplaatst, was een plichtmatig werker en kwam in dat bureaucratische milieu snel vooruit. “Waar bij?” herhaalt de heer De Bruining opgewonden. “Wel ... maar, ’t is waar! Je weet het nog niet. Daar is me Verschuere benoemd ...” Over wandaden van het leger op Java kwamen ter Algemene Secretarie regelmatig brieven voor de landvoogd binnen. Duidelijk staat mij één daarvan, in onbeholpen Indonesisch geschreven, nog voor de geest: een Javaanse vrouw beklaagde zich erover dat haar kampong door het leger was platgebrand en de mannelijke bevolking vermoord. Die brieven werden volgens de gebruikelijke procedure gezonden naar de legercommandant ‘voor beschouwingen en raad’. [Het Koninkrijk der Nederlanden, 12, 1016 noot] |
Derde deel: De route naar het graf van Raden Saleh en Prasasti Batu Tulis
Kruispunt Jl Juanda – Jl Empang.
Ga de Jl Empang in.
Ga na ± 400 m., bij de Alun Alun, linksaf: Jl Pahlawan.
Na ongeveer 275 m.: het viaduct over het spoorlijn naar Sukabumi en daarna na 90 m.,
Rechts: Pahlawan 56,
Ga rechtsaf: Gang Raden Saleh.
Rechts: Makam Raden Saleh (Graf van Raden Saleh).
↑ Graf van Raden Saleh (1814-1880) en echtgenote, vermoedelijk zijn tweede, Raden Ajoe Danoe met wie hij in 1867 huwde. Ofschoon Raden Saleh reeds op ongeveer 15-jarigen leeftijd naar Europa als ’t ware werd overgeplant, en daar zijne kunstenaarsopvoeding ontving; ofschoon hij in Nederland een tweede vaderland vond en door zoovele landen van Europa zwierf, ook aan hem werd het oude spreekwoord bewaarheid, dat ‘yder vogel is liefst waer hij is uytgekipt’ (uitgebroed). Na 23 jaren verblijf in het Westen voelde deze zoon van het Oosten zich ‘europamüde’ en keerde naar zijn eigen land terug. Ook in zijne aangelegenheden des harten verloochende zich de oosterling niet. Zijn huwelijk met eene Europeesche vrouw was eene zeldzame verbintenis, daarom nog geen gelukkige verbintenis; het werd door echtscheiding ontbonden. Hij hertrouwde met eene vrouw van zijn eigen landaard; eene jeugdige Javaansche van adellijke afkomst uit Djokdjakarta. Hij was toen reeds op gevorderden leeftijd en overleefde dit tweede huwelijk slechts weinige jaren. Op 23 April 1880 kwam hij in zijn huis te Buitenzorg te overlijden, ongeveer 66 jaren oud. [Indië geïllustreerd weekblad -7, 552] |
Ga terug en rechtsaf: Jl Pahlawan.
Jl Pahlawan vervolgen; de naam verandert in Jl Batutulis.
Na ± 2¼ km
en ongeveer 100 m noordelijk van een splitsing, waar de zijweg rechts, de Jl Cipaku, vrij steil naar beneden gaat,
ligt links: Prasasti Batu Tulis.
[De Wit – Java, 200, 205-206, 211, 213] Zie ook Jakarta 2 – Batu Tulis. |